Publicaties en persberichten
Hij liet het water in de haven ‘bewegen’
- bron:NRC
- auteur(s):Frank de Kruif
- gepubliceerd:11 november 2017
- https://nrc.nl/nieuws/2017/11/11/hij-liet...
Voel maar, zegt Arthur Erfmann, terwijl hij het schilderij op tafel legt. „Als je met je vinger van boven naar beneden glijdt, dan voel je dat de verflaag waarmee de lucht is geschilderd heel dun is, en de laag van het water heel dik. Daaraan herken je een echte De Jongere.”
De Rotterdamse schilder Marius de Jongere (1912-1977) staat bekend om zijn havengezichten. Honderden doeken heeft hij gemaakt van schepen in de haven, vaak onder een dreigende lucht en op woelig water. De eerste decennia na de oorlog, in de tijd dat de stad werd opgebouwd na het bombardement en de haven uitgroeide tot de grootste ter wereld, was dat een geliefd thema. De Jongere had in zijn tijd enkele tientallen concurrenten. Maar hij behoorde tot de top, dankzij het water dat hij kon laten „bewegen”.
„Hij had daar een speciale techniek voor ontwikkeld, waarbij hij een dikke laag verf met een paletmesje bewerkte”, vult Maarten Drulman aan. „Omdat niemand wist hoe hij dat deed, was hij lastig te kopiëren, al is dat wel volop gedaan. Meestal haal ik die vervalsingen er zo uit.”
[...]
Ze nemen wel de tijd, want het boek komt pas in 2019 uit. Het drietal trekt twee jaar uit om feiten over het leven van De Jongere te verzamelen en werk op te sporen, dat tot buiten Nederland is verspreid. „Er doen veel krankzinnige verhalen de ronde, bijvoorbeeld over gewone vakanties die studiereizen zouden zijn geweest en over assistenten die hij in zijn atelier aan het werk zou zetten. Ik ken dat atelier, daar hadden anderen niet eens bij gekund”, zegt Drulman.
Dat atelier bevond zich bij de schilder thuis in Hillegersberg, op verschillende adressen. In het begin van zijn carrière werkte hij in de Van Slingelandtlaan, begin jaren vijftig verhuisde hij naar de Burgemeester De Villeneuvesingel. Van daar uit stapte hij op de fiets naar Rijnhaven, Maashaven en Waalhaven om er schetsen te maken, die hij thuis uitwerkte. Als kind in de jaren vijftig ging de zoon vaak met zijn vader mee. „Wij hadden een goede band.”
[...]
Bouwplaats
- bron:AD / Rotterdams Dagblad
- auteur(s):Wendy Remmerswaal en Marcel Potters
- gepubliceerd:30 april 2016
Op het kantoor van Aannemingsbedrijf J. Bruins en Zoon werd de vergadering in de jaren ’70 en ’80 weleens stilgelegd. De reden? Het schilderij van Marius de Jongere, die boven de vergadertafel in het kantoor van directeur Bruins hing. Deze laatste riep dan tegen zijn hoofdadministrateur: ‘Piet, ik heb nu 28 arbeiders op het schilderij geteld’. Maar een poos later telde hij er weer 29.
Het is dan ook niet verwonderlijk dat er allerlei belletjes gingen rinkelen bij briefschrijver Piet van de Graaf uit Heerjansdam toen hij het schilderij op deze pagina zag. ,,Dit is de bouwput van de Bijenkorf aan de Coolsingel te Rotterdam,’’ schrijft hij. ,,Ik weet weinig van de gebouwen op de achtergrond, maar veel meer van het schilderij zelf. Het heeft tot eind 1999 gehangen in het directiekantoor van aannemingsbedrijf J. Bruins en Zoon aan de Anthony Fokkerweg in Rotterdam-Zuid, op de eerste verdieping. Ik werkte daar als hoofdadministrateur van 1973 tot eind 1999. De directeur en eigenaar sprak ik veelvuldig in zijn kantoor. Het was moeilijk de mannetjes te tellen omdat het een heel gedetailleerd schilderij is. In ’93 kocht ik het bedrijf met collega Piet Onderdelinden. In 1999 hebben we het vervolgens verkocht aan Van Eck Beheermaatschappij BV en raakte ik het schilderij uit het oog.’’
Hoe het schilderij ooit in de directiekamer kwam te hangen, weet Anita Bruins, dochter van de directeur, ons te vertellen: ,,De aannemer destijds, Voormolen, was niet geïnteresseerd in het schilderij. Zodoende is het terechtgekomen bij de Firma Koch op de Lijnbaan en daar kwam mijn opa, Jacob Bruins, het schilderij tegen. Hij heeft het gekocht.
Bouwput
Het werk is bijzonder want De Jongere (1912-1977), echte naam Marius Drulman, schilderde doorgaans vooral havengezichten. Totdat hij zich in ’55 met zijn schildersezel voor de verandering naast deze bouwput settelde. ,,Hij ziet de in aanbouw zijnde betonnen kelderfundatie van het nieuwe winkelmagazijn De Bijenkorf,’’ schrijft Schiedammer Carl van Woerkom, die goed naar het schilderij heeft gekeken. ,,Op de achtergrond de achterzijde van de nieuwe winkelgalerij aan de Lijnbaan van 1951. Boven deze winkels zijn nog net de twee koepeltorentjes van de Paradijskerk aan de Nieuwe Binnenweg te zien. Het grote pand op de achtergrond moet de achterzijde zijn van het nieuwe winkelcentrum van Ter Meulen.
Onze briefschrijver weet zelfs iets over de machines te vertellen: ,,Voor het grote gebouw zijn stoomheimachines druk in de weer voor de verdere bebouwing als uitloper van de Lijnbaan naar de Binnenweg. De heimachines werken volgens het bekende ‘vibrosysteem’ van de firma Nederhorst uit Gouda. Op de plaats van de dragline kraan komt nu de Koopgoot naar boven. Ook heeft de schilder links op het paneel nog wat geschilderd van de zijgevel van het voormalige Rotterdamse Bankgebouw (nu met de Donnerwinkel), en ook een stukje van de oude gemetselde schoorsteen van het voormalige Coolsingelziekenhuis. De schilder staat ongeveer op de plek waar nu het stalen kunstwerk van Naum Gabo staat voor de Bijenkorf.
Borduurlapjes
De grote vraag is natuurlijk hoe het is afgelopen met het schilderij. Daar weet Claudia van Eck meer over. ,,Wij kochten in 1999 het bedrijf J. Bruins en Zoon van Piet Onderdelinden en Piet van de Graaf. Inclusief alle inboedel. Die zag eruit alsof je Toen was geluk heel gewoon kwam binnenlopen. Borduurlapjes en bruine tafels en stoelen, en dit schilderij. Na de overname zeiden de verkopers dat het schilderij er eigenlijk niet bijhoorde, omdat dat wel wat waard zou zijn. We hadden veel geld voor het bedrijf betaald en zeiden voor de grap: ‘We hebben de borduurlapjes moeten overnemen dus het schilderij zit er ook bij.’ Het staat nu al jaren in het archief van ons nieuwe bedrijf, gevestigd in Waddinxveen.
[...]